Spring naar bijdragen

Gods Woord: Jezus en de Bijbel


Aanbevolen berichten

Geweldige openingspost. :)

Humanist, er zijn genoeg christenen die de Bijbel beschouwen als 'het onfeilbare woord van God', direct door Gods Geest geciteerd aan de schrijvers.

Een idee dat tegen de bijbel zelf ingaat die getuigenis aflegt over Jezus Christus als het Woord van God.

Voor christenen is Jezus het levende Woord van God en niet de bijbel.

Christus is het vleesgeworden Woord van God en de bijbel is het Schriftgeworden Woord van God. Maar jij sluit klaarblijkelijk uit dat de bijbel Gods Woord is aangezien Christus Gods Woord is?

En hoe zit het met de schriftbewijzen die aantonen dat God de Auteur is van de bijbel?

Je impliceert: Voor Christenen is de bijbel niet Gods Woord??

Ben ik geen Christen als ik stel dat God de Auteur is van de gehele Schrift?

De Heilige Geest heeft door bovennatuurlijke kracht de auteurs zo tot het schrijven gedreven en bewogen, en hem zo bij het schrijven bijgestaan, dat zij al datgene en alleen datgene, wat Hij beval, èn op de juiste wijze in hun geest opnamen, èn getrouw wilde optekenen, èn in geschikte bewoordingen met onfeilbare waarheid neerschreven; anders zou Hij niet de auteur van de gehele Schrift zijn.

Een beetje Katholiek zou dit toch be-amen ;)

Link naar bericht
Deel via andere websites
  • Antwoorden 208
  • Created
  • Laatste antwoord

Top Posters In This Topic

En hoe zit het met de schriftbewijzen die aantonen dat God de Auteur is van de bijbel?

Het spijt me zeer maar die zijn er niet. Als ik nu een papiertje pak en erop schrijf dat God de auteur is van de tekst die erop staat bewijst dat helemaal niets.

Je impliceert: Voor Christenen is de bijbel niet Gods Woord??

Ben ik geen Christen als ik stel dat God de Auteur is van de gehele Schrift?

Wellicht zou je christen zijn, maar dan wel behorende bij een kleine minderheid. Ik zou het eerder bijbelisme noemen dan christendom. Maar wellicht dat eerstgenoemde dus onderdeel uitmaakt van laatstgenoemde.

Een beetje Katholiek zou dit toch be-amen ;)

Ik kan je verhaal niet beamen. ;)

Link naar bericht
Deel via andere websites
Geweldige openingspost. :)

Humanist, er zijn genoeg christenen die de Bijbel beschouwen als 'het onfeilbare woord van God', direct door Gods Geest geciteerd aan de schrijvers.

Een idee dat tegen de bijbel zelf ingaat die getuigenis aflegt over Jezus Christus als het Woord van God.

Voor christenen is Jezus het levende Woord van God en niet de bijbel.

Christus is het vleesgeworden Woord van God en de bijbel is het Schriftgeworden Woord van God. Maar jij sluit klaarblijkelijk uit dat de bijbel Gods Woord is aangezien Christus Gods Woord is?

En hoe zit het met de schriftbewijzen die aantonen dat God de Auteur is van de bijbel?

Sorry maar er is geen schriftgeworden Woord. Als je wilt beweren dat de bijbel God is moet je dat zelf weten maar dan ga je in tegen de bijbel; paradoxaal maar goed. "In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God..." (Joh. 1)
Je impliceert: Voor Christenen is de bijbel niet Gods Woord??

Ben ik geen Christen als ik stel dat God de Auteur is van de gehele Schrift?

De Heilige Geest heeft door bovennatuurlijke kracht de auteurs zo tot het schrijven gedreven en bewogen, en hem zo bij het schrijven bijgestaan, dat zij al datgene en alleen datgene, wat Hij beval, èn op de juiste wijze in hun geest opnamen, èn getrouw wilde optekenen, èn in geschikte bewoordingen met onfeilbare waarheid neerschreven; anders zou Hij niet de auteur van de gehele Schrift zijn.

Dat de bijbel getuigd van een onfeilbare waarheid hoor je mij niet ontkennen: Jezus Christus is immers dé onfeilbare waarheid en de bijbel legt getuigenis van Hem af.
Een beetje Katholiek zou dit toch be-amen ;)
Beamen dat God boek is geworden? Nee, liever niet.
Link naar bericht
Deel via andere websites

Beamen dat God boek is geworden? Nee, liever niet.

Is dat waarom in bepaalde kringen het verspreiden van bijbels (zonder daarbij te onderwijzen) zo'n halszaak is?

Je zou denken dat wanneer je met God zelf te doen hebt je wat voorzichtiger zou zijn met het overal laten rondslingeren. Daarbij zou je ook denken dat er dan wat meer belang werd gesteld in de oorspronkelijke woorden, die dan immers de Logos zelf zouden zijn, en mensen dus fanatiek Hebreeuws en Grieks zouden leren. :)
Link naar bericht
Deel via andere websites

En hoe zit het met de schriftbewijzen die aantonen dat God de Auteur is van de bijbel?

Het spijt me zeer maar die zijn er niet. Als ik nu een papiertje pak en erop schrijf dat God de auteur is van de tekst die erop staat bewijst dat helemaal niets.

Je haalt 2 dingen door elkaar. Namelijk 1. De zelfgetuigenis van de bijbel. En 2. wat de zeggenskracht is van een zelfgetuigenis.
Ben ik geen Christen als ik stel dat God de Auteur is van de gehele Schrift?

Wellicht zou je christen zijn, maar dan wel behorende bij een kleine minderheid. Ik zou het eerder bijbelisme noemen dan christendom. Maar wellicht dat eerstgenoemde dus onderdeel uitmaakt van laatstgenoemde.

Jammer dat je het als Katholiek niet kan be-amen en dat je het eerder iets anders zou noemen dan Christendom. Ik citeerde slechts een gedeelte van paus Leo XIII uit zijn Encycliek providentissimus Deus:

"De Heilige Geest heeft door bovennatuurlijke kracht de auteurs zo tot het schrijven gedreven en bewogen, en hem zo bij het schrijven bijgestaan, dat zij al datgene en alleen datgene, wat Hij beval, èn op de juiste wijze in hun geest opnamen, èn getrouw wilde optekenen, èn in geschikte bewoordingen met onfeilbare waarheid neerschreven;

anders zou Hij niet de auteur van de gehele Schrift zijn."

( paus Leo XIII uit zijn Encycliek providentissimus Deus, van 18 nov. 1893 )

Link naar bericht
Deel via andere websites
Sorry maar er is geen schriftgeworden Woord. Als je wilt beweren dat de bijbel God is moet je dat zelf weten maar dan ga je in tegen de bijbel; paradoxaal maar goed. "In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God..." (Joh. 1)
Ik heb nergens gezegd dat de Bijbel God is.

Ik heb expliciet gezegd dat de Bijbel Gods Woord is.

Want God is de Auteur van de Schrift.

Dat de bijbel getuigd van een onfeilbare waarheid hoor je mij niet ontkennen: Jezus Christus is immers dé onfeilbare waarheid en de bijbel legt getuigenis van Hem af.
Maar ook de bijbel is met onfeilbare waarheid neerschreven;

anders zou Hij niet de auteur van de gehele Schrift zijn.

Link naar bericht
Deel via andere websites
Sorry maar er is geen schriftgeworden Woord. Als je wilt beweren dat de bijbel God is moet je dat zelf weten maar dan ga je in tegen de bijbel; paradoxaal maar goed. "In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God..." (Joh. 1)
Ik heb nergens gezegd dat de Bijbel God is.

Ik heb expliciet gezegd dat de Bijbel Gods Woord is.

Want God is de Auteur van de Schrift.

De bijbel is Gods woord maar niet op dezelfde wijze als Jezus Christus dat is. Jijzelf gebruikte de term "schriftgeworden Woord" dat duidt op een gelijkstelling met "vleesgeworden Woord" alsof hetzelfde Woord zowel Schrift als Vlees zou zijn geworden; daarmee je de Schrift dus gelijk stelt aan de tweede persoon van de Triniteit. Wat dus duidt op de boekwording van God. Wat dus een ketterij zou zijn. :)

De Schrift is woord in de afgeleidde zin omdat het getuigenis aflegt van het Woord, de Logos, maar het is niet zelf de Logos.

Maar ook de bijbel is met onfeilbare waarheid neerschreven;

anders zou Hij niet de auteur van de gehele Schrift zijn.

De hele Schrift is door de heilige Geest geïnspireerd en vormt daarmee een verkonding van Gods waarheid; namelijk Jezus Christus die de Weg, de Waarheid en het Leven is. De Schrift dient echter wel geïnterpreteerd en verklaard te worden.

Het m.i. vreemd om de heilige Schrift als "dictaat" te beschouwen. Het is in menselijke taal geschreven in een bepaalde culturele context.

Dei Verbum 3:2

"Wil men de bedoeling van de gewijde schrijvers achterhalen, dan dient men onder andere ook te letten op de "literaire genres". Want de waarheid wordt op verschillende wijze voorgehouden en uitgedrukt in teksten, die op verschillende wijze historisch zijn, of in profetische of dichterlijke teksten of in teksten van andere genres. De schriftverklaarder moet dus de zin onderzoeken, die de gewijde schrijver in bepaalde omstandigheden, naargelang van de situatie van zijn tijd en cultuur, heeft willen uitdrukken en feitelijk heeft uitgedrukt met behulp van de literaire genres, waarvan men zich in die tijd bediende.Wil men immers juist begrijpen wat de gewijde schrijver heeft willen zeggen, dan moet men nauwkeurig letten op de gebruikelijke en oorspronkelijke wijzen van denken, spreken en vertellen uit de tijd van de gewijde schrijver, en tevens op de uitdrukkingswijzen, die toen in zwang waren in het onderling verkeer van de mensen."

Dat is denk ik wat Thorgrem ook bedoelde te zeggen voordat jij hem onheus probeerde te "framen" met een verstopt citaat en daarna de impliciete beschuldiging ketter te zijn.

Link naar bericht
Deel via andere websites
paus Leo XIII

Hartstikke interessant. Dat zie ik dus anders dan Leo XIII. De schrijvers (auteurs) van de verschillende bijbelboeken zijn geïnspireerd. Dat maakt mijn inziens God nog niet de auteur.

Komt die uitspraak van Paus Leo XIII er in het kort op neer dat de Heilige Geest als ware de pen(of ander schrijfgerei wat men in die tijd gebruikte) vd schrijvers bewoog?(iets in die trent?)

Link naar bericht
Deel via andere websites
paus Leo XIII

Hartstikke interessant. Dat zie ik dus anders dan Leo XIII. De schrijvers (auteurs) van de verschillende bijbelboeken zijn geïnspireerd. Dat maakt mijn inziens God nog niet de auteur.

Het is natuurlijk ook wat gecompliceerder, want intussen zijn er verschillende andere pauselijke encyclieken geschreven die de gedachte hebben bijgesteld. De brief van paus Leo XIII komt uit de neo-scholastische tijd, waarin men inderdaad uitging dat openbaring grotendeels vereenzelvigd werd met doctrine, met eeuwig, altijd geldende waarheden, uitgedrukt in zinnen in de Bijbel en de traditie. Een andere manier van omgaan met de bijbel zie je b.v. in Ordinatio Sacerdotalis uit 1994, waar het vooral gaat om de daden van Christus als openbaringskarakter.

Link naar bericht
Deel via andere websites
paus Leo XIII

Hartstikke interessant. Dat zie ik dus anders dan Leo XIII. De schrijvers (auteurs) van de verschillende bijbelboeken zijn geïnspireerd. Dat maakt mijn inziens God nog niet de auteur.

Het is natuurlijk ook wat gecompliceerder, want intussen zijn er verschillende andere pauselijke encyclieken geschreven die de gedachte hebben bijgesteld. De brief van paus Leo XIII komt uit de neo-scholastische tijd, waarin men inderdaad uitging dat openbaring grotendeels vereenzelvigd werd met doctrine, met eeuwig, altijd geldende waarheden, uitgedrukt in zinnen in de Bijbel en de traditie. Een andere manier van omgaan met de bijbel zie je b.v. in Ordinatio Sacerdotalis uit 1994, waar het vooral gaat om de daden van Christus als openbaringskarakter.

Daar waren we hier inderdaad al achter; vandaar ook mijn citaat uit Dei Verbum. Maar nu onze vriend Oceanos nog. ;)
Link naar bericht
Deel via andere websites
paus Leo XIII

Hartstikke interessant. Dat zie ik dus anders dan Leo XIII. De schrijvers (auteurs) van de verschillende bijbelboeken zijn geïnspireerd. Dat maakt mijn inziens God nog niet de auteur.

Het is natuurlijk ook wat gecompliceerder, want intussen zijn er verschillende andere pauselijke encyclieken geschreven die de gedachte hebben bijgesteld. (..)

'Bijstellen' lijkt me wel een eufemisme ;)

Curieus is dat het 'bijgestelde' ging over een leeruitspraak volgens:

"plechtige vastlegging der katholieke leer".

dat tevens was een "beslissende uitspraak"

waarbij men zich beriep op:

"het oude en onafgebroken standhoudende geloof der Kerk, dat bovendien door een plechtige uitspraak op de kerkvergaderingen van Florence en van Trente is gedefinieerd, en eindelijk bevestigd en nog uitdrukkelijker verklaard is op de kerkvergadering van het Vaticaan[/b], door welke deze beslissende uitspraak is gedaan"

en bovendien beroepend op het feit dat:

"Zo hebben de heilige Vaders het altijd gehouden"

Inderdaad is de 'bijstelling' redelijk recent.

In de Encycliek van Paus PIUS XII uit 1943 staat nog onomwonden de aloude leer.

Tegenwoordig is er nieuwe manier van omgaan met de bijbel.

Helaas.

Link naar bericht
Deel via andere websites
jij hem onheus probeerde te "framen" met een verstopt citaat en daarna de impliciete beschuldiging ketter te zijn.

Het moet niet gekker worden;

Ik citeer een gedeelte uit een Pauselijk encycliek en maakte zelfs daarbij een kwinkslag met:

Een beetje Katholiek zou dit toch be-amen ;)

Vervolgens zegt Thorgem dan dit niet te kunnen be-amen, waarop ik aangaf dat het een citaat van een Pauselijk encycliek was. En Thorgem noemde toen dat hij het niet met de Paus eens was.

En hoezo beschuldig ik hem nu van ketter zijn?? ( als jij impliceert dat het-oneens-zijn-met-de-Paus ketterij is, dan ben jij hier degene die Thorgem beschuldigt)

De bijbel is Gods woord maar niet op dezelfde wijze als Jezus Christus dat is. Jijzelf gebruikte de term "schriftgeworden Woord" dat duidt op een gelijkstelling met "vleesgeworden Woord" alsof hetzelfde Woord zowel Schrift als Vlees zou zijn geworden; daarmee je de Schrift dus gelijk stelt aan de tweede persoon van de Triniteit. Wat dus duidt op de boekwording van God. Wat dus een ketterij zou zijn. :)

Ik snap je verwarring, maar ik heb dan ook niet gezegd dat ik de bijbel zie op dezelfde wijze als Christus. Zoals jezelf zegt de Bijbel is “Gods Woordâ€. En dat Woord is op Schrift gezet. De woorden van God zijn schrift geworden zeg maar.

En om onderscheid te maken tussen het vlees geworden Woord (Christus), noemt men de bijbel ook wel eens het schriftgeworden Woord.

Het m.i. vreemd om de heilige Schrift als "dictaat" te beschouwen.

Hoe kom je bij het woord “dictaat�? Dat woord heb ik nooit gebruikt en ook nooit bedoeld.

Nu staat er weliswaar in het 1e vaticaans concilie wel dat de bijbel gedicteerd is door de Heilige Geest:

“having been received by the Apostles from the mouth of Christ himself; or from the Apostles themselves,

by the dictation [latijn] of the Holy Spirit, have been transmitted, as it were, from hand to handâ€

Maar ik denk dat het wat ongelukkig geformuleerd is. Want in bijbelteksten zien we ook bepaalde karakteristieken van de bijbelschrijver (zoals taalgebruik van Paulus, dat Lucas een arts was etc).

Als ik en de Paus zeggen dat God de Auteur is dan wordt helemaal niet bedoeld dat de bijbel een “dictaat†is zonder oog te hebben voor deze karakteristieken, maar wel dat het onfeilbaar is en dat de schrijvers niets kunnen meedelen wat tegen de waarheid ingaat.

Dus ja, God is weldegelijk de Auteur:

"De Heilige Geest heeft door bovennatuurlijke kracht de auteurs zo tot het schrijven gedreven en bewogen, en hem zo bij het schrijven bijgestaan, dat zij al datgene en alleen datgene, wat Hij beval, èn op de juiste wijze in hun geest opnamen, èn getrouw wilde optekenen, èn in geschikte bewoordingen met onfeilbare waarheid neerschreven;

anders zou Hij niet de auteur van de gehele Schrift zijn." (paus Leo XIII , Encycliek providentissimus Deus)

“Daarom is ook het eenstemmig gevoelen van alle kerkvaders en kerkleraars, dat deze boeken van de Heilige Schrift onfeilbaar zijn, (…)

en dat God, Die Zelf door de heilige schrijvers gesproken heeft, niets heeft kunnen meedelen wat tegen de waarheid inging†(paus Leo XIII , Encycliek providentissimus Deus)

Dat zie ik dus anders dan Leo XIII. De schrijvers (auteurs) van de verschillende bijbelboeken zijn geïnspireerd. Dat maakt mijn inziens God nog niet de auteur.

Dat maakt God zeker wel tot auteur.

Niet alleen volgens mij en deze Paus, maar volgens een hele rij van Pausen, concilies, encyclieken. Die zich beroepen op elkaar, op de Schrift, op de apostelen, en op het eenstemmig gevoelen van alle kerkvaders en kerkleraars op en op het “oude en onafgebroken standhoudende geloof der Kerkâ€. Waarbij het genoemd wordt als “plechtige vastlegging der katholieke leer†en “beslissende uitspraakâ€

Ik noem er een paar, desgevraagd kan ik wel meer noemen.

Het Tweede Vaticaans Oecumenisch Concilie (Paus Johannes XXIII, Paus Paulus VI) stelt:

“Het door God geopenbaarde, dat in de heilige Schrift staat opgetekend en zich aan ons aanbiedt, is onder ingeving van de Heilige Geest vastgelegd. Want krachtens het apostolisch geloof houdt onze moeder, de heilige Kerk, de boeken zowel van het Oude als van het Nieuwe Testament, in hun geheel met al hun onderdelen, voor heilig en canoniek, omdat ze, als geschreven onder ingeving van de Heilige Geest, God tot auteur hebben en als zodanig aan de Kerk zijn overgeleverd. Voor het samenstellen van de heilige Boeken koos God mensen uit, van wie Hij zich met het gebruik van hun eigen vermogens en krachten bediende, om hen, terwijl Hij zelf in hen en door hen werkte, al datgene en alleen datgene, wat Hij wilde, als echte auteurs te doen optekenen.

Omdat men dus alles, wat de geïnspireerde of gewijde schrijvers zeggen, moet houden als door de Heilige Geest gezegd, moet met ook belijden, dat de boeken van de Schrift met zekerheid, trouw en zonder dwaling de waarheid leren, die God omwille van ons heil in de heilige Boeken wilde doen vastleggen. Derhalve is "heel de Schrift door God ingegeven en nuttig om te onderrichten, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden tot gerechtigheid, opdat de man Gods volkomen zij, volkomen toegerust tot elk goed werk" (2 Tim. 3, 16-17).â€

In een encycliek van Paus PIUS XII genaamd “DIVINO AFFLANTE SPIRITUâ€

“En in onze tijd verklaarde het Vaticaanse Concilie, dat valse leringen omtrent de ingeving van de heilige Schrift wilde veroordelen: dat de reden, waarom die Boeken door de Kerk "voor heilig en tot de Canon behorend" worden gehouden, "niet is als zouden ze, slechts door menselijke werkzaamheid samengesteld, daarna door haar gezag zijn goedgekeurd, noch om het feit alleen dat ze de openbaring zonder dwaling bevatten, maar wijl ze, onder ingeving van de Heiligen Geest op schrift gesteld, God tot maker hebben en als zodanig aan de Kerk zijn toevertrouwd." Toen daarna echter, tegen deze plechtige vastlegging der katholieke leer in - waarbij voor "de gehele boeken met al hun delen" een goddelijk gezag, dat vrij-zijn van elke dwaling insluit, wordt opgeëist - sommige katholieke schrijvers zich niet ontzagen de waarachtigheid der heilige Schrift tot slechts zaken van geloof en zeden te beperken en het overige wat van natuurkundige of historische aard was te beschouwen als "in het voorbijgaan gezegd" en, volgens hun bewering, als zonder enige samenhang met de geloofswaarheid, heeft onze voorganger Leo XIII, onsterfelijker gedachtenis in de encycliek Providentissimus Deus van 18 november 1893 èn geheel terecht deze dwalingen veroordeeld èn tevens de studie der gewijde Boeken door zeer wijze voorschriften en maatregelen veilig gesteld.â€

p.s. in bovenstaande citaat staat “God tot makerâ€. In het latijn staat voor ‘maker’ het woord ‘auctorem’. Dus Auteur.

Dus,

God is de Auteur van de Bijbel, anders gezegd: De Bijbel is Gods Woord.

Wat heeft dit nu met deze draad te maken ?

Heel veel, namelijk onze houding t.o.v. vermeende fouten of tegenstrijdigheden.

Ik sluit me aan bij de tekst van encycliek Providentissimus Deus:

SUBPARAGRAAF 2

“ (..) men houde het beslist voor ongeoorloofd, ofwel de inspiratie slechts tot enige delen van de heilige Schrift te beperken, ofwel toe te geven, dat de gewijde schrijver zelf gedwaald heeft. Het is inderdaad een ontoelaatbare handelwijze, wanneer men om zich uit zulke moeilijkheden te redden niet aarzelt toe te geven, dat de goddelijke inspiratie zich slechts uitstrekt tot zaken van geloof en zeden en niets verder, omdat men namelijk ten onrechte meent, dat men, als het op de waarheid van de gezegden aankomt, zich niet zozeer moet afvragen wat God gezegd heeft, doch meer moet overwegen met welk doel Hij het gezegd heeft. Immers, de Boeken, die de Kerk als heilige en canonieke aanneemt, zijn alle, en in hun geheel, met al hun delen, onder ingeving van de Heilige Geest geschreven, en het is niet mogelijk, dat er onder de goddelijke inspiratie ook maar enige dwaling aanwezig kan zijn; verre van daar: deze goddelijke inspiratie sluit niet alleen uiteraard iedere dwaling uit, maar sluit die uit en verwerpt die met dezelfde absolute noodzakelijkheid, waarmee het noodzakelijk is, dat God, de opperste waarheid, van hoegenaamd geen enkele dwaling oorsprong kan zijn.â€

SUBPARAGRAAF 3 - Het oude geloof der Kerk: heel de Schrift is geïnspireerd en volkomen vrij van dwaling

“Dat is het oude en onafgebroken standhoudende geloof der Kerk, dat bovendien door een plechtige uitspraak op de kerkvergaderingen van Florence en van Trente is gedefinieerd, en eindelijk bevestigd en nog uitdrukkelijker verklaard is op de kerkvergadering van het Vaticaan, door welke deze beslissende uitspraak is gedaan: "De Boeken van het Oude en Nieuwe Testament moeten in hun geheel en met al hun delen, zoals zij in het decreet dezelfde kerkvergadering (van Trente) worden opgesomd en in de oude Latijnse vulgaatuitgave vervat zijn, voor heilige en canonieke Boeken worden aangenomen. Deze Boeken nu houdt de Kerk voor heilig en canoniek, niet omdat zij, na eerst door louter menselijk werk samengesteld te zijn, later door haar gezag zijn goedgekeurd; ook niet alleen, omdat zij de openbaring zonder dwaling bevatten, maar omdat zij, op ingeving van de Heilige Geest geschreven, God tot maker hebben." Het komt er derhalve eigenlijk niets op aan, dat de Heilige Geest mensen als werktuigen om te schrijven genomen heeft, alsof daaruit zou volgen, dat, wel niet aan de eerste maker, maar toch aan de geïnspireerde schrijvers iets onwaars ontsnapt kon zijn. Want de Heilige Geest heeft hen met een bovennatuurlijke werking zo tot schrijven opgewekt en bewogen, zo onder het schrijven bijgestaan, dat zij al datgene en ook alleen datgene, wat Hij wilde hebben, en met juistheid in hun geest opvatten, en getrouwelijk wilden neerschrijven, en met onfeilbare zekerheid op geschikte wijze uitdrukten. Was het anders, dan zou de Heilige Geest niet de maker zijn van de heilige Schrift in haar gehele omvang.â€

SUBPARAGRAAF 4 - Dat hebben ook de Vaders altijd eenstemmig geleerd

“Zo hebben de heilige Vaders het altijd gehouden. "Als zij dus geschreven hebben", zegt Augustinus, "wat Hij voorhield en zeide, dan mag men volstrekt niet beweren, dat Hij niet zelf geschreven heeft; immers Zijn ledematen hebben te boek gesteld wat zij door voorzeggen van het Hoofd te weten zijn gekomen." En de H. Gregorius de Grote heeft de volgende uitspraak: "Wie dit geschreven heeft is een zeer overbodige vraag; wij nemen immers gelovig aan, dat de Heilige Geest de maker van het Boek is. Hij dus is de schrijver, die gedicteerd heeft wat men schrijven moest; hij is de schrijver, die ook bij het werk van dezen als ingever optrad." Hieruit volgt: wie menen, dat in authentieke gedeelten van de heilige Boeken iets onwaars vervat kan zijn, doen één van de twee: ofwel zij verkrachten het katholiek begrip van inspiratie, ofwel zij maken God tot verkondiger van een dwaling. Ja, alle Vaders en leraars waren zo absoluut overtuigd, dat de goddelijke Boeken in den vorm waarin zij door de gewijde schrijvers zijn uitgegeven, volkomen vrij zijn van iedere dwaling, dat zij daarom met evenveel scherpzinnigheid als godsvrucht hun best gedaan hebben, om de niet zo weinige plaatsen, die met elkander in tegenspraak of van elkander afwijkend schenen (het zijn nagenoeg dezelfde als men tegenwoordig in naam van de nieuwe wetenschap opwerpt) met elkander in harmonie te brengen en te verenigen. Zij beleden eenstemmig, dat die Boeken en in hun geheel en in hun onderdelen gelijkelijk van goddelijke ingeving zijn, en dat God zelf, die door de gewijde schrijvers sprak, absoluut niets, wat met de waarheid in strijd is, heeft kunnen beweren. Men moet dus de woorden van den daar straks genoemden Augustinus in een schrijven aan Hieronymus voor heel de Schrift laten gelden: "Ik voor mij verklaar het uwe liefde onomwonden: ik heb geleerd, uitsluitend voor die Schriftuur-boeken, die men tegenwoordig canoniek noemt, zulk een ontzag en eerbied te hebben, dat ik vastelijk geloof, dat geen enkel van hun makers bij het schrijven enige dwaling heeft kunnen begaan. En als ik in die Boeken iets tegenkom, dat met de waarheid in strijd lijkt, dan zal ik zonder aarzelen aannemen, ofwel dat het handschrift een fout heeft, ofwel dat de vertaler niet gevat heeft wat er stond, ofwel dat ik het in het geheel niet begrepen heb."

Dit is wat we vinden ;)

Onderbouwing vanuit de Schrift kan ik desgevraagd toevoegen.

Link naar bericht
Deel via andere websites
Leuk hoor, lekker knippen en plakken.
Tot uw dienst.
Maar waar ik oorspronkelijk op reageerde was niets van dit alles maar jouw uitspraken over de "schriftwoording van het Woord". Nu kun je wel allerlei enyclieken op me afvuren maar nergens zie ik daar iets over "schriftwording" staan.
Ja die encyclieken enzo stonden onder het gedeelte waar ik Thorgem citeerde en op reageerde. Mijn reacties aan jou stonden onder het gedeelte waar ik Annatar citeerde en op reageerde. Daar vind je dus ook mijn reacties op Schriftgeworden Woord.

Als je het niet kan vinden dan kan ik het wel kopiëren naar een aparte post.

Met andere woorden die encyclieken mag je overslaan.

Tenzij je denkt dat er niet stevig is uitgesproken dat God de Auteur is van de bijbel en dat daarom het onfeilbaar is in al haar delen.

Link naar bericht
Deel via andere websites

God is de Auteur van de bijbel doordat hij de gewijde schrijvers met zijn Geest geïnspireerd heeft. Ik geloof niet dat God de bijbel gedicteerd heeft, behalve misschien die delen waarin de profeten hier een letterlijk getuigenis van afleggen en beginnen met "Zo spreekt de Heer..."

De bijbel is onfeilbaar in de zin dat de hele Schrift getuigenis aflegt van de onfeilbare Waarheid: Jezus Christus. In stijl, logica en eloquentie is de bijbel in mijn ogen niet volmaakt en ik zie niet in waarom dat zou moeten.

Ik snap je verwarring, maar ik heb dan ook niet gezegd dat ik de bijbel zie op dezelfde wijze als Christus. Zoals jezelf zegt de Bijbel is “Gods Woordâ€. En dat Woord is op Schrift gezet. De woorden van God zijn schrift geworden zeg maar.
Ok. Maar woorden van God is nog iets heel anders dan het Woord (logos) van God. Maar goed ik zie nu in dat je dat onderscheid zelf ook maakt.
En om onderscheid te maken tussen het vlees geworden Woord (Christus), noemt men de bijbel ook wel eens het schriftgeworden Woord.
In mijn ogen een onjuiste manier van spreken. De term "schriftgeworden Woord van God" zou ik echt niet gebruiken; dat wekt teveel de associatie op met het "vleesgeworden Woord van God" en het gaat hier toch echt om twee fundamenteel verschillende dingen. Maar erken je zelf ook.
Link naar bericht
Deel via andere websites
God is de Auteur van de bijbel doordat hij de gewijde schrijvers met zijn Geest geïnspireerd heeft. (..)

De bijbel is onfeilbaar in de zin dat de hele Schrift getuigenis aflegt van de onfeilbare Waarheid: Jezus Christus.

Is de bijbel ook anderszins onfeilbaar, zoals de kerk altijd heeft geleerd?

Met andere woorden, sta je achter elk van onderstaande punten? ( welke wel, welke niet?)

1) Onfeilbaarheid; God is de Auteur van ELK Bijbelwoord:

1a) De bijbelschrijvers hebben alleen datgene geschreven wat de Heilige Geest bevolen heeft:

“De Heilige Geest heeft door bovennatuurlijke kracht de auteurs zo tot het schrijven gedreven en bewogen, en hem zo bij het schrijven bijgestaan, dat zij al datgene en alleen datgene, wat Hij beval, èn op de juiste wijze in hun geest opnamen, èn getrouw wilde optekenen, èn in geschikte bewoordingen met onfeilbare waarheid neerschrevenâ€

1b) ALLES wat in de bijbel staat houden we als door de Heilige Geest zelf gezegd:

“men dus alles, wat de geïnspireerde of gewijde schrijvers zeggen, moet houden als door de Heilige Geest gezegd â€

1c) je mag niet van enig bijbeltekst zeggen dat het niet door God geschreven is:

“Als zij dus geschreven hebben, wat Hij voorhield en zeide, dan mag men volstrekt niet beweren, dat Hij niet zelf geschreven heeftâ€.

2) Onfeilbaarheid; Bijbel bevat geen enkele dwaling of onwaarheid

( en dit geldt niet alleen voor zaken van geloof en zede maar ook historische)

2a) Zeggen dat de bijbelschrijvers gedwaald hebben is beslist ongeoorloofd:

“men houde het beslist voor ongeoorloofd, ofwel de inspiratie slechts tot enige delen van de heilige Schrift te beperken, ofwel toe te geven, dat de gewijde schrijver zelf gedwaald heeftâ€

2b) Het is onmogelijk dat er ook maar enige dwaling in de bijbel kan staan:

“de Boeken, die de Kerk als heilige en canonieke aanneemt, zijn alle, en in hun geheel, met al hun delen, onder ingeving van de Heilige Geest geschreven, en het is niet mogelijk, dat er onder de goddelijke inspiratie ook maar enige dwaling aanwezig kan zijnâ€

2c) Geen onwaarheid in de bijbel:

“wie menen, dat in authentieke gedeelten van de heilige Boeken iets onwaars vervat kan zijn, doen één van de twee: ofwel zij verkrachten het katholiek begrip van inspiratie, ofwel zij maken God tot verkondiger van een dwaling“

2d) onfeilbaarheid van de bijbel beperkt zich niet tot zaken van geloof en zede!

“Het is inderdaad een ontoelaatbare handelwijze, wanneer men om zich uit zulke moeilijkheden te redden niet aarzelt toe te geven, dat de goddelijke inspiratie zich slechts uitstrekt tot zaken van geloof en zeden en niets verderâ€

2e) Onfeilbaarheid ook in zaken van historische aard:

"Toen sommige katholieke schrijvers zich niet ontzagen de waarachtigheid der heilige Schrift tot slechts zaken van geloof en zeden te beperken en het overige wat van natuurkundige of historische aard was te beschouwen als "in het voorbijgaan gezegd" en, volgens hun bewering, als zonder enige samenhang met de geloofswaarheid, heeft onze voorganger Leo XIII, onsterfelijker gedachtenis in de encycliek Providentissimus Deus van 18 november 1893 èn geheel terecht deze dwalingen veroordeeld èn tevens de studie der gewijde Boeken door zeer wijze voorschriften en maatregelen veilig gesteld.â€

3) Onfeilbaarheid; wat als je wel een schijnbare tegenstrijdigheid lijkt tegen te komen?

3a) houding: niet de fout wijten aan de Bijbeltekst, maar bij andere zaken zoals je eigen begrip:

“als ik in die Boeken iets tegenkom, dat met de waarheid in strijd lijkt, dan zal ik zonder aarzelen aannemen, ofwel dat het handschrift een fout heeft, ofwel dat de vertaler niet gevat heeft wat er stond, ofwel dat ik het in het geheel niet begrepen heb."

Link naar bericht
Deel via andere websites
Is de bijbel ook anderszins onfeilbaar, zoals de kerk altijd heeft geleerd?

Met andere woorden, sta je achter elk van onderstaande punten? ( welke wel, welke niet?)

Ik sta achter de kerkelijke leer die perfect conform is aan hetgeen ik je eerder al heb gezegd. Ik raad je aan om ook recente kerkelijke documenten zoals Dei Verbum (Vaticanum II), Ordinatio Sacerdotalis (Sint Johannes Paulus II) en Verbum Domini (Benedictus XVI) te lezen.

Als trouwe aanhanger van de Kerk weet je dat het Magisterium degene is die de Traditie (waaronder de encyclieken) en de Schrift gezaghebbend kan interpreteren.

Het kerkelijk leergezag treedt in dialoog met de uitdagingen van de tijd waarin ze leeft. In de tijd van het modernisme was er een angst om het kind met het badwater weg te gooien en dus toen kwamen er encyclieken en documenten die terughoudendheid in het aannemen van de historisch-kritische methode verkondigden. Dit heeft zich later doorontwikkeld tot een andere meer integrale benadering van het vraagstuk, daarom ook de oprichting van het Pauselijk Bijbelinstituut (het Biblicum) in Rome dat juist op een wetenschappelijke manier naar de bijbel kijkt.

Onder Pius XII is ook de wetenschappelijke bestudering van de bijbel in de grondtalen in het Hebreeuws en Grieks weer meer onder de aandacht gekomen i.p.v. enkel de Latijnse Vulgaat. Wat ook logisch is aangezien de Vulgaat zelf juist op die wijze tot stand is gekomen: Sint Hieronymus heeft de bijbel vertaald uit het Hebreeuws en Grieks naar het Latijn wat in die tijd zeer innovatief was aangezien de meeste christenen vooral naar de Septuagint kijken en niet naar de Hebreeuwse Tenach.

Daarom is het dus belangrijk om het Magisterium te accepteren als een levend leergezag en niet als een serie gestolde fragmenten waaruit je naar eigen inzicht stukken kunt pakken en interpreteren. Om de betekenis van de encyclieken van Leo XIII te interpreteren zul je, je dus moeten wenden tot meer recente leerstellige uitspraken over dit onderwerpen die ook zullen verwijzen naar eerdere documenten over dit onderwerp, zoals die van Leo XIII, en deze doorontwikkelen.

De bijbel is door de heilige Geest geïnspireerd en staat den dienste van het Christus-mysterie; haar waarheid is ontleend aan de waarheid van Jezus Christus waarvan ze getuigenis aflegt. Los van Jezus Christus heeft de bijbel geen betekenis, evenals de Kerk.

Link naar bericht
Deel via andere websites
1) Onfeilbaarheid; God is de Auteur van ELK Bijbelwoord:

Hoe ga je dan om met verschillende handschriften, verschillende lezingen en later tussengevoegde teksten (ikzelf geloof dat er verschillende keren in de geschiedenis kopiisten kleine delen van zinnen hebben gewijzigd)?

1a) De bijbelschrijvers hebben alleen datgene geschreven wat de Heilige Geest bevolen heeft:

2 Tim. 4:13 : Als je komt, neem dan de mantel mee die ik in Troas bij Karpus heb laten liggen, en ook de boeken, vooral die van perkament.

Waarom heeft de Heilige Geest dat op laten schrijven?

Link naar bericht
Deel via andere websites
1a) De bijbelschrijvers hebben alleen datgene geschreven wat de Heilige Geest bevolen heeft:

2 Tim. 4:13 : Als je komt, neem dan de mantel mee die ik in Troas bij Karpus heb laten liggen, en ook de boeken, vooral die van perkament.

Waarom heeft de Heilige Geest dat op laten schrijven?

Weet ik zo niet.

Het is ook geen voorwaarde dat ik bedoeling van de Heilige Geest altijd weet.

1) Onfeilbaarheid; God is de Auteur van ELK Bijbelwoord:

Hoe ga je dan om met verschillende handschriften, verschillende lezingen en later tussengevoegde teksten (ikzelf geloof dat er verschillende keren in de geschiedenis kopiisten kleine delen van zinnen hebben gewijzigd)?

De Bijbeltekst die we ontvangen hebben heeft een betrouwbaarheid die zijn weerga niet kent als je bijvoorbeeld vergelijkt met andere klassieke stukken die overgeleverd zijn. Er zijn duizenden manuscripten overgeleverd die onderling in overweldigende mate overeenstemmen.

Er is een dermate grote redundantie aanwezig dat via het onderling vergelijken kleine afschrijffouten en veranderingen die erin geslopen waren kon worden gedetecteerd en gerectificeerd.

De overgeleverde grondtekst levert een eenduidige bijbeltekst.

Hier valt wel meer over te zeggen, maar we mogen deze bijbeltekst principieel benaderen:

Namelijk dat al de Schrift van God is ingegeven, en nuttig is tot lering, tot weerlegging, tot verbetering en tot onderwijzing.

Christus had ook een bijbeltekst van duizenden jaren oud. Hield hij slagen om de arm?

Nee, de gehoorzaamheid van Jezus blijkt zelfs tot op het nivo van enkele woorden, ook aan die enkele woorden kent Jezus gezag toe:

1)

Bijvoorbeeld in het betoog dat Christus houdt tegen de Sadduceën over de opstanding uit de doden. Die Sadduceën hebben Hem lastig gevallen met de vraag naar de vrouw die 7 mannen gehad had:

“in de opstanding dan, wiens vrouw zal zij wezen van die zeven? Want zij hebben ze allen gehad.†En dan antwoordt Jezus hun: “gij dwaalt, niet wetende de Schriften, noch de kracht Gods. Want in de opstanding nemen zij niet ten huwelijk, noch worden ten huwelijk uitgegeven, maar zij zijn als engelen Gods in de hemel. En wat aangaat de opstanding der doden, hebt gij niet gelezen hetgeen van God tot u gesproken is. Die daar zegt: Ik ben de God Abrahams, en de God Izaks, en de God Jakobs ? God is niet een God der doden, maar der levenden.†(Matt.22:23-32).

Dit woord van God waarop de Heiland zich beroept, is het woord dat Hij tot Mozes gesproken heeft vanuit het brandend braambos, en nu is Jezus Conclusie: wanneer God zich zovele jaren na de dood van de aartsvaders nog openbaart als de God van Abraham, Izak en Jakob, en zegt: ik ben hun God, moet volgen dat zij nog leefden en nog bestonden omdat God Zich niet hun God kan noemen als ze niet meer leefden.

Dus de bewijsvoering zou alle grond hebben gemist wanneer er in de plaats van ‘Ik ben’ stond: ‘Ik ben geweest’. En dat is in het Hebreeuws slechts een klein verschil. Dat hangt slechts van enkele letters af.

2)

In Matt.22:41-46, wijst Jezus de Farizeën er op dat Davids Zoon ook Davids Heere is en dus zelf God is. Want David zegt inde 110e psalm: “De Heere heeft gezegd tot mijn Heere: zit aan Mijn rechterhand†(vs.1). Hierop komt alles aan op het tweetal woorden ‘Mijn Heere’ of liever op het ene woord “mijnâ€. En dat bezittelijke voornaamwoord ‘Mijn’ wordt in het Hebreeuws uitgedrukt door één letter, namelijk de jod, zodat de klem van Jezus betoog hangt aan die ene letter. Zo nauw neemt Jezus de autoriteit van het OT, en zo nauw luistert voor Hem het gezag van deze uitspraken van de Schrift.

En wie hierop let verstaat ook dat Jezus in de bergrede zegt:

“Want voorwaar zeg Ik u: totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota (kleinste letter van hebr. alfabet), noch een tittel (de kleine streepjes en bochtjes waardoor de verschillende letters uit het hebr. alfabet zich laten onderscheiden), van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied.â€(matt.5:18).

Of zoals Lukas deze waarheid van de Heere weergeeft: “het is lichter, dat de hemel en de aarde voorbijgaan, dan dat een tittel van de wet valle â€(Luk.16:17).

Sterker kan het gezag van het OT tekst niet beleden worden.

En wanneer het dan aankomt op de jota’s en de tittel’s, op de kleinste letters en de kleinste tekens, dan ook zeer zeker op het kleinste en geringste, wat de Heilige Schrift ons meedeelt, en waarin wij misschien slechts bijkomstigheden zien.

Wij hebben slechts te aanvaarden wat door de Geest van God tot ons is gekomen.

Want Indien Christus het niet beneden Zich geacht heeft om voor de letter van de Schrift te buigen, dan is zeker in geen enkel opzicht vernederend voor ons of een afbreuk aan onze christelijke vrijheid, wanneer wij ootmoedig geloven hetgeen door de heilige schrijvers is te boek gesteld.

Link naar bericht
Deel via andere websites
Is de bijbel ook anderszins onfeilbaar, zoals de kerk altijd heeft geleerd?

Met andere woorden, sta je achter elk van onderstaande punten? ( welke wel, welke niet?)

1) Onfeilbaarheid; God is de Auteur van ELK Bijbelwoord:

1a) De bijbelschrijvers hebben alleen datgene geschreven wat de Heilige Geest bevolen heeft.

1b) ALLES wat in de bijbel staat houden we als door de Heilige Geest zelf gezegd.

1c) je mag niet van enig bijbeltekst zeggen dat het niet door God geschreven is.

2) Onfeilbaarheid; Bijbel bevat geen enkele dwaling of onwaarheid

2a) Zeggen dat de bijbelschrijvers gedwaald hebben is beslist ongeoorloofd.

2b) Het is onmogelijk dat er ook maar enige dwaling in de bijbel kan staan.

2c) Geen onwaarheid in de bijbel.

2d) onfeilbaarheid van de bijbel beperkt zich niet tot zaken van geloof en zede!

2e) Onfeilbaarheid ook in zaken van historische aard.

3) Onfeilbaarheid; wat als je wel een schijnbare tegenstrijdigheid lijkt tegen te komen?

3a) houding: niet de fout wijten aan de Bijbeltekst, maar bij andere zaken zoals je eigen begrip.

Ik sta achter de kerkelijke leer die perfect conform is aan hetgeen ik je eerder al heb gezegd. Ik raad je aan om ook recente kerkelijke documenten zoals Dei Verbum (Vaticanum II), Ordinatio Sacerdotalis (Sint Johannes Paulus II) en Verbum Domini (Benedictus XVI) te lezen.

Ik ken de inhoud.

Ik beweer ook niet dat je uitspraken niet conform de huidige inzichten zijn.

Ik vroeg je alleen of je kunt instemmen met de punten van onfeilbaarheid zoals ik je die voorhield.

Maar daar ging je niet op in. Klaarblijkelijk kun jij je daar niet achter scharen en loop er met een boog omheen.

En dat is opvallend.

Want "Zo hebben de heilige Vaders het altijd gehouden"

En dit was het "plechtige vastlegging der katholieke leer" volgens "het oude en onafgebroken standhoudende geloof der Kerk, dat bovendien door een plechtige uitspraak op de kerkvergaderingen van Florence en van Trente is gedefinieerd, en eindelijk bevestigd en nog uitdrukkelijker verklaard is op de kerkvergadering van het Vaticaan[/b], door welke deze beslissende uitspraak is gedaan"

Maar daar denk jij klaarblijkelijk anders over aangezien je hier niet mee instemt.

Als trouwe aanhanger van de Kerk weet je dat het Magisterium degene is die de Traditie (waaronder de encyclieken) en de Schrift gezaghebbend kan interpreteren.

Ik ben inderdaad trouwe aanhanger van de Kerk (niet RK).

Maar zie me vaster staan in deze RK-traditie dan de RK zelf. Misschien ben ik toch roomser dan de Paus. Want ík had geen moeite in te stemmen met deze onfeilbaarheid "zoals de heilige vaders het altijd gehouden hebben".

De traditie komt en gaat, wordt aangepast, en valt of staat, maar de principes zijn onbuigzaam en nodigen keer op keer tot ijking van de praktijk.

Een principieel christen hangt dus niet aan tradities, maar door zijn voortdurende voeding vanuit zijn principes hecht hij toch zeer veel waarde aan tradities die de toets der ijking doorstaan en zal hij traditioneler zijn dan iemand die tradities ziet als laatste en hoogste norm.

Het kerkelijk leergezag treedt in dialoog met de uitdagingen van de tijd waarin ze leeft. In de tijd van het modernisme was er een angst om het kind met het badwater weg te gooien en dus toen kwamen er encyclieken en documenten die terughoudendheid in het aannemen van de historisch-kritische methode verkondigden.

Je zegt “terughoudendâ€. Formuleer aub zorgvuldig: hoezo “terughoudendâ€??

Het was “een ontoelaatbare handelwijze†en “beslist voor ongeoorloofdâ€

en “met dezelfde absolute noodzakelijkheid, waarmee het noodzakelijk is, dat God, de opperste waarheid, van hoegenaamd geen enkele dwaling oorsprong kan zijnâ€.

Er waren slechts 2 opties: “doen één van de twee: ofwel zij verkrachten het katholiek begrip van inspiratie, ofwel zij maken God tot verkondiger van een dwalingâ€.

(..)Daarom is het dus belangrijk om het Magisterium te accepteren als een levend leergezag en niet als een serie gestolde fragmenten waaruit je naar eigen inzicht stukken kunt pakken en interpreteren.

Pardon? Hoezo "een serie gestolde fragmenten waaruit je naar eigen inzicht stukken kunt pakken en interpreteren" ?

Heb ik ook maar iets uit context geciteerd uit die encyclieken? Als het echt zo zou zijn, toon me dat dan naar aanleiding van die encyclieken zelf.

Ik heb niet losse citaatjes gebruikt maar hele paragraven genoemd. Ik heb de complete encyclieken ook gelezen en er is werkelijk niets wat het in een ander daglicht zet, integendeel: veel meer had kunnen worden geciteerd met telkens dezelfde strekking.

Maar je statement legt wel bloot dat er klaarblijkelijk geen aanspreekbaarheid is op de Traditie. Zelfs dat er principieel geen aanspreekbaarheid bestaat! Aangezien alleen het Magisterium kan bepalen wat de Traditie is.

Jij staat dan klaarblijkelijk principieel niet in de Traditie, maar alleen getrouw volger van het huidige gezag ( die claimt in de traditie te staan, zonder daarop aanspreekbaar te zijn). Dat je dan werkelijk in de Traditie zou staan is dan een geloof.

Om de betekenis van de encyclieken van Leo XIII te interpreteren zul je, je dus moeten wenden tot meer recente leerstellige uitspraken over dit onderwerpen die ook zullen verwijzen naar eerdere documenten over dit onderwerp, zoals die van Leo XIII, en deze doorontwikkelen.

Ja de recente leerstellige uitspraken citeren ook wel die van Leo XIII, maar dan moet je voor de gein het hele stuk van Leo XIII eens doorlezen en je dan inderdaad in alle ernst afvragen in hoeverre je "het mag gebruiken als gestolde fragmenten waaruit je naar eigen inzicht stukken kunt pakken en interpreteren".

De bijbel is door de heilige Geest geïnspireerd en staat den dienste van het Christus-mysterie; haar waarheid is ontleend aan de waarheid van Jezus Christus waarvan ze getuigenis aflegt. Los van Jezus Christus heeft de bijbel geen betekenis, evenals de Kerk.

Tuurlijk. Jezus Christus is onlosmakelijk ermee verbonden.
Link naar bericht
Deel via andere websites
1) Onfeilbaarheid; God is de Auteur van ELK Bijbelwoord:

Hoe ga je dan om met verschillende handschriften, verschillende lezingen en later tussengevoegde teksten (ikzelf geloof dat er verschillende keren in de geschiedenis kopiisten kleine delen van zinnen hebben gewijzigd)?

De Bijbeltekst die we ontvangen hebben heeft een betrouwbaarheid die zijn weerga niet kent als je bijvoorbeeld vergelijkt met andere klassieke stukken die overgeleverd zijn. Er zijn duizenden manuscripten overgeleverd die onderling in overweldigende mate overeenstemmen.

Er is een dermate grote redundantie aanwezig dat via het onderling vergelijken kleine afschrijffouten en veranderingen die erin geslopen waren kon worden gedetecteerd en gerectificeerd.

De overgeleverde grondtekst levert een eenduidige bijbeltekst.

Inderdaad is 95% van de bijbeltekst zeker, maar geen 100. Er zijn echt nog teksten waar geleerden het niet over eens zijn. Verder kan ik je een paar voorbeelden noemen waarbij een latere kopiist een zinnetje of woord heeft veranderd.

1) Dus de bewijsvoering zou alle grond hebben gemist wanneer er in de plaats van ‘Ik ben’ stond: ‘Ik ben geweest’. En dat is in het Hebreeuws slechts een klein verschil. Dat hangt slechts van enkele letters af.

Sterker nog, er staat helemaal niet: 'Ik ben de God', want het Hebreeuws kent geen werkwoord 'zijn'. Er staat: 'Ik de God'. Overigens heb je wel gelijk hoor, het perfectum ziet er weer anders uit.

‘Mijn’ wordt in het Hebreeuws uitgedrukt door één letter,

Dat klinkt overtuigend, maar heel veel wordt in het Hebreeuws uitgedrukt door één letter, aangezien er geen klinkers zijn. Zo is 'land' in het Hebreeuws 'eretz' en 'ons land' 'artzenu'. Dat verschilt maar 2 letters, maar je spreekt het totaal anders uit.

Link naar bericht
Deel via andere websites

×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid