Spring naar bijdragen

Eeuwig leven of sterven?


Aanbevolen berichten

12 minuten geleden zei Robert Frans:
17 minuten geleden zei Dat beloof ik:

En wat zegt de pastoor als hij jou een hosti geeft:

a. Het lichaam van Christus

b. het lichaam en de ziel van Christus

Hij zegt inderdaad: 'Lichaam van Christus,' zodat je als gelovige eerst belijdt dat de hostie werkelijk het Lichaam van Christus is. Maar aangezien Christus een lévende Heer is, ontvang je met zijn Lichaam natuurlijk ook zijn Ziel.
Immers, als ik jouw lichaam zou aanraken, dan kunnen we ook prima stellen dat ik daarmee ook jouzelf aanraak.

Wat betreft deze zin: "Maar aangezien Christus een lévende Heer is, ontvang je met zijn Lichaam natuurlijk ook zijn Ziel.", het tweede volgt op geen enkele manier uit het eerste. Ook net een accent op levend, lichaam met een hoofdletter en het woordje 'natuurlijk' (allemaal kunstmatig nadruk leggen).
Wat betreft de tweede zin:  ja, als je mij aanraakt, raak je mij aan.  Dat is een open deur he. 
 

Link naar bericht
Deel via andere websites
  • Antwoorden 62
  • Created
  • Laatste antwoord

Top Posters In This Topic

Top Posters In This Topic

Popular Posts

Het zijn hele mooie katholieke woorden Robert Frans. Maar dat wat ik vet heb gemaakt gaat er bij mij nog steeds niet in. Helemaal omdat in de meeste eucharistievieringen alleen hosties worden uitgedee

Ter info, wellicht interessant: Bron: https://www.concordante-publicaties.nl/studie/hoe-lang-is-eeuwig/

Eeuwig leven of sterven? Een bedenking. Genesis 2:16-17  En de HEERE God gebood de mens: Van alle bomen van de hof mag u vrij eten,  maar van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan

Posted Images

47 minuten geleden zei Robert Frans:

Een van de oudste beschuldigingen, al stammende uit de tweede eeuw na Christus. ;)

Pre othodoxie. Ik hou er aan vast en kan me vinden in hun beschuldiging.

49 minuten geleden zei Robert Frans:

Maar ze is niet juist, want we ontvangen Hem onder de sacramentele gedaanten van brood en wijn. Hij verschijnt dus niet op dezelfde vleselijke wijze als destijds op aarde, maar op verheerlijkte, mystieke, maar nog steeds net zo werkelijke wijze.

Het is het een of het ander. Als jij beweert dat het echt Zijn lichaam is geworden en Zijn bloed, dan eet men dus mensenvlees en bloed en bezigt men dus kannibalisme.

51 minuten geleden zei Robert Frans:

Daardoor is elk stukje hostie, zelfs het kleinste kruimeltje, en elk druppeltje wijn het volledige Lichaam en Bloed van Christus.

Pas maar op met kruimelen en morsen, straks lopen er nog heilige muizen rond in jullie kerk.

52 minuten geleden zei Robert Frans:

Dit wordt in het katholieke taalgebruik de Werkelijke Tegenwoordigheid van Christus (in het Sacrament) genoemd.

En in het ABN kannibalisme.

Link naar bericht
Deel via andere websites
1 uur geleden zei thom:

met of zonder ingestraalde koekjes of wijnen.

Kinderlijk of volwassen.

1Kor.13,11 Toen ik een kind was, sprak ik als een kind, was ik gezind als een kind, overlegde ik als een kind; maar wanneer ik een man geworden ben, zo heb ik te niet gedaan hetgeen eens kinds was.

Er is natuurlijk niets mis met de kinderlijke fase. Dat maakt deel uit van een gezonde ontwikkeling. Kinderlijk begrip is gezond in de fase waarin het thuishoort. Rituelen zijn een taal die kinderen kunnen begrijpen. In een volwassen geloof zullen zulke gedragingen langzamerhand worden afgelegd.

Maar inderdaad met of zonder ingestraald koekje blijft het iets wat zich in het innerlijk voltrekt.

 

bewerkt door Plume
Link naar bericht
Deel via andere websites
18 uur geleden zei Robert Frans:

Interessant overigens dat je uitgerekend Johannes 6 aanhaalt, een zeer belangrijk hoofdstuk over juist de eucharistie. Er staat namelijk ook onder meer dit in:

Jezus sprak daarop tot hen: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als gij het vlees van de Mensenzoon niet eet en zijn bloed niet drinkt, hebt gij het leven niet in u.
Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag.
Want mijn vlees is echt voedsel en mijn bloed is echte drank.
Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem.

-Johannes 6,52-56; WV75

Duidelijke taal dus. We moeten zijn Lichaam eten en zijn Bloed drinken om het leven te ontvangen. Dus doen we dat, al tweeduizend jaar lang, wereldwijd en op vele plaatsen zelfs dagelijks.

Stel je voor dat de discipelen deze woorden letterlijk hadden genomen. Dan zouden ze zich schuldig hebben gemaakt aan kannibalisme en vampirisme.

Link naar bericht
Deel via andere websites
1 uur geleden zei Bastiaan73:

Stel je voor dat de discipelen deze woorden letterlijk hadden genomen. Dan zouden ze zich schuldig hebben gemaakt aan kannibalisme en vampirisme.

De Joden geraakten daarover met elkaar in twist en zeiden: “Hoe kan Hij ons zijn vlees te eten geven?”
-Johannes 6,52; WV75

Dat had ik dus al uitgelegd. Het is geen kannibalisme, omdat a) Jezus niet zomaar een mens is en b) omdat we Hem ontvangen in de sacramentele gedaanten van brood en wijn. Doe ermee wat je wil, maar dat is wat de katholieke Kerk gelooft.
Het bijzonder is ook dat Jezus de joden in Johannes 6 helemaal niet tegenspreekt als ze zijn woorden duidelijk zo letterlijk verstaan. Nee, Hij sterkt het nog eens extra aan en zegt dat zijn vlees echt voedsel is en zijn bloed echte drank.
Hij gebruikt ook voor het begrip eten het Griekse woord 'trogon,' dat zoveel betekent als kauwen. Vrij direct en nauwelijks nog metaforisch te noemen dus. We moeten Hem kauwen, eten, doorslikken.
Ook zijn leerlingen, die wel wat van Hem gewend waren, vonden het 'harde woorden' om naar te luisteren. Ook zij zagen het eten van zijn vlees dus duidelijk niet als symbolisch, want wat zou daar nu hard aan zijn?
Vele mensen gingen van Hem weg en in Johannes 6,64 wordt geïmpliceerd dat Judas daardoor tot zijn verraad kwam. Maar Hij corrigeert ze niet.

In dit niet te lange artikel wordt het nog wat uitgebreider onderbouwd. Nogmaals, doe ermee wat je wil, maar als je ervoor blijft kiezen het kannibalisme te noemen, dan houd je dus geen correct beeld aan van wat de katholieke Kerk gelooft. En dat is een keuze die je zelf wel of niet kunt maken.

Link naar bericht
Deel via andere websites
9 minuten geleden zei Robert Frans:

Hij gebruikt ook voor het begrip eten het Griekse woord 'trogon,' dat zoveel betekent als kauwen. Vrij direct en nauwelijks nog metaforisch te noemen dus. We moeten Hem kauwen, eten, doorslikken.
Ook zijn leerlingen, die wel wat van Hem gewend waren, vonden het 'harde woorden' om naar te luisteren. Ook zij zagen het eten van zijn vlees dus duidelijk niet als symbolisch, want wat zou daar nu hard aan zijn?
Vele mensen gingen van Hem weg en in Johannes 6,64 wordt geïmpliceerd dat Judas daardoor tot zijn verraad kwam. Maar Hij corrigeert ze niet.

In dit niet te lange artikel wordt het nog wat uitgebreider onderbouwd. Nogmaals, doe ermee wat je wil, maar als je ervoor blijft kiezen het kannibalisme te noemen, dan houd je dus geen correct beeld aan van wat de katholieke Kerk gelooft. En dat is een keuze die je zelf wel of niet kunt maken.

Bedankt voor de link. Ik heb nog niet zo lang geleden een bijbelvertaling ontdekt die ik nog niet kende: de NCV (Nederlandse Concordante Vertaling). In de betreffende app zijn er diverse mogelijkheden om de bijbel te bestuderen. Een naam die daarin regelmatig voorbij komt is A.E. Knoch. Die kende ik ook nog niet. Over dat kauwen staat het volgende commentaar van hem bij Johannes 6:56:

Concordant Commentaar op het NT - door A.E. Knoch De term "kauwen" is niet het gebruikelijke woord voor "eten," en geeft een probleem bij het vertalen. Ons taalgebruik geeft de voorkeur aan "eten" in passages als deze. Het betekent kauwen, malen, en veronderstelt daarom het enige proces in de vertering dat vanzelf gaat. Het staat voor de feitelijke toeëigening van het leven van Christus als het onze. Net zoals Nicodemus er niet in slaagde het beeld te doorgronden waarin onze Heer tot hem sprak over de wedergeboorte, zo slagen Zijn volgelingen er niet in te begrijpen toen Hij sprak van voeden op Zijn vlees en bloed. Er is hier een subtiele ironie, want hun religie was hoofdzakelijk een vleselijke. Hun recht op zegen door de Messias was geheel gebaseerd op hun bloedverwantschap met Hem. In dat geval, als Hij Zich aan hen moet geven, moet Hij Zijn lichamelijke vlees en echt bloed geven. Ze kunnen zien hoe belachelijk zo'n idee is, maar ontwaren niet hoe het onder hen uit het hele fundament wegsnijdt van zegen door een fysiek kanaal. Ze zouden moeten zien dat goddelijk leven niet door vlees, maar door geest wordt overgedragen. Niet materiële vormen, maar geestelijke werkelijkheden tellen voor God, Die geest is. Zijn gedachten, zoals aan hen overgeleverd door de uitspraken van de Heer, zijn het vitale principe waaruit alle leven en blijdschap voortvloeit.

Bron: https://app.concordante-publicaties.nl/bijbel/index.php

Link naar bericht
Deel via andere websites

De Rooms-katholieke kerk heeft ervan gemaakt wat ze ervan wil maken, maar wat die kerk daarover beweert vindt geen rechtvaardiging in de Schrift en ook niet in de woorden van Jezus daarin. Wie het evangelie van Johannes aanhaalt moet wel het hele hoofdstuk lezen en dan zie je juist dat Jezus het niet heeft over een stoffelijk soort brood in welke vorm dan ook. 

 

1 Na dezen vertrok Jezus over de zee van Galilea, welke is de zee van Tiberias.

2 En Hem volgde een grote schare, omdat zij Zijn tekenen zagen, die Hij deed aan de kranken.

3 En Jezus ging op den berg, en zat aldaar neder met Zijn discipelen.

4 En het pascha, het feest der Joden, was nabij.

5 Jezus dan, de ogen opheffende, en ziende, dat een grote schare tot Hem kwam, zeide tot Filippus: Van waar zullen wij broden kopen, opdat deze eten mogen?

6 (Doch dit zeide Hij, hem beproevende; want Hij wist Zelf, wat Hij doen zou.)

7 Filippus antwoordde Hem: Voor tweehonderd penningen brood is voor dezen niet genoeg, opdat een iegelijk van hen een weinig neme.

8 Een van Zijn discipelen, namelijk Andreas, de broeder van Simon Petrus, zeide tot Hem:

9 Hier is een jongsken, dat vijf gerstebroden heeft, en twee visjes; maar wat zijn deze onder zo velen?

10 En Jezus zeide: Doet de mensen nederzitten. En er was veel gras in die plaats. Zo zaten dan de mannen neder, omtrent vijf duizend in getal.

11 En Jezus nam de broden, en gedankt hebbende, deelde Hij ze den discipelen, en de discipelen dengenen, die nedergezeten waren; desgelijks ook van de visjes, zoveel zij wilden.

12 En als zij verzadigd waren, zeide Hij tot Zijn discipelen: Vergadert de overgeschoten brokken, opdat er niets verloren ga.

13 Zij vergaderden ze dan, en vulden twaalf korven met brokken van de vijf gerstebroden, welke overgeschoten waren dengenen, die gegeten hadden.

14 De mensen dan, gezien hebbende het teken, dat Jezus gedaan had, zeiden: Deze is waarlijk de Profeet, Die in de wereld komen zou.
 

Bovenstaande zien we dat Jezus stoffelijke broden vermenigvuldigde om de menigte fysiek te voeden in tegenstelling tot wat hij de discipelen daarna gaat leren.  Merk ook op dat de mensen Jezus wilden grijpen om hem fysiek tot koning te maken, wat Hij niet toestond, Hij verdween.

15 Jezus dan, wetende, dat zij zouden komen, en Hem met geweld nemen, opdat zij Hem Koning maakten, ontweek wederom op den berg, Hij Zelf alleen.

16 En als het avond geworden was, gingen Zijn discipelen af naar de zee.

17 En in het schip gegaan zijnde, kwamen zij over de zee naar Kapernaum. En het was alrede duister geworden, en Jezus was tot hen niet gekomen.

18 En de zee verhief zich, overmits er een grote wind waaide.

Vervolgens loopt Hij over het water naar de boot van de discipelen.

19 En als zij omtrent vijf en twintig of dertig stadiën gevaren waren, zagen zij Jezus, wandelende op de zee, en komende bij het schip; en zij werden bevreesd.

20 Maar Hij zeide tot hen: Ik ben het; zijt niet bevreesd.

21 Zij hebben dan Hem gewilliglijk in het schip genomen; en terstond kwam het schip aan het land, daar zij naar toe voeren.

22 Des anderen daags de schare, die aan de andere zijde der zee stond, ziende, dat aldaar geen ander scheepje was dan dat ene, daar Zijn discipelen ingegaan waren, en dat Jezus met Zijn discipelen in dat scheepje niet was gegaan, maar dat Zijn discipelen alleen weggevaren waren;

23 (Doch er kwamen andere scheepjes van Tiberias, nabij de plaats, waar zij het brood gegeten hadden, als de Heere gedankt had.)

24 Toen dan de schare zag, dat Jezus aldaar niet was, noch Zijn discipelen, zo gingen zij ook in de schepen, en kwamen te Kapernaum, zoekende Jezus.

25 En als zij Hem gevonden hadden over de zee, zeiden zij tot Hem: Rabbi, wanneer zijt Gij hier gekomen?

Onderstaand wijst Jezus dan op het onderscheid tussen het fysieke brood dat hij uit het niets had gemanifesteerd en uitgedeeld om hongerige magen te voeden en het geestelijke voedsel dat Zijn Onderwijs is en Leven dat in geloof ontvangen wordt. Daarbij maakt Hij zeer duidelijk dat het Brood waar hij nu over spreekt niets met iets fysieks te maken heeft. Een hostie vergaat. Maar Zijn woorden en Zijn Leven vergaan nooit.

26 Jezus antwoordde hun en zeide: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: gij zoekt Mij, niet omdat gij tekenen gezien hebt, maar omdat gij van de broden gegeten hebt, en verzadigd zijt.

27 Werkt niet om de spijs, die vergaat, maar om de spijs, die blijft tot in het eeuwige leven, welke de Zoon des mensen ulieden geven zal; want Dezen heeft God de Vader verzegeld.

28 Zij zeiden dan tot Hem: Wat zullen wij doen, opdat wij de werken Gods mogen werken?

29 Jezus antwoordde en zeide tot hen: Dit is het werk Gods, dat gij gelooft in Hem, Dien Hij gezonden heeft.

30 Zij zeiden dan tot Hem: Wat teken doet Gij dan, opdat wij het mogen zien, en U geloven? Wat werkt Gij?

31 Onze vaders hebben het Manna gegeten in de woestijn; gelijk geschreven is: Hij gaf hun het brood uit den hemel te eten.

32 Jezus dan zeide tot hen: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Mozes heeft u niet gegeven het brood uit den hemel; maar Mijn Vader geeft u dat ware Brood uit den hemel.

33 Want het Brood Gods is Hij, Die uit den hemel nederdaalt, en Die der wereld het leven geeft.

34 Zij zeiden dan tot Hem: Heere, geef ons altijd dit Brood.

35 En Jezus zeide tot hen: Ik ben het Brood des levens; die tot Mij komt, zal geenszins hongeren, en die in Mij gelooft, zal nimmermeer dorsten.

Jezus zegt dat Hij Zelf het Brood des levens is. Hij zegt niet dat een hostie Hij is. Jezus zegt wie tot Mij komt. Hij zegt niet, wie naar de Rooms-katholieke priester gaat en van hem een hostie ontvangt. 

36 Maar Ik heb u gezegd, dat gij Mij ook gezien hebt, en gij gelooft niet.

37 Al wat Mij de Vader geeft, zal tot Mij komen; en die tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen.

38 Want Ik ben uit den hemel nedergedaald, niet opdat Ik Mijn wil zou doen, maar den wil Desgenen, Die Mij gezonden heeft.

39 En dit is de wil des Vaders, Die Mij gezonden heeft, dat al wat Hij Mij gegeven heeft, Ik daaruit niet verlieze, maar hetzelve opwekke ten uitersten dage.

40 En dit is de wil Desgenen, Die Mij gezonden heeft, dat een iegelijk, die den Zoon aanschouwt, en in Hem gelooft, het eeuwige leven hebbe; en Ik zal hem opwekken ten uitersten dage.
 

En in vers 40 spreekt Jezus over ieder die in Hem gelooft. Niet over ieder die bij de Rooms-katholieke priester een hostie heeft ingenomen.  (niet dat het niet samen kan gaan, ze sluiten elkaar alleen uit noch in).

41 De Joden dan murmureerden over Hem, omdat Hij gezegd had: Ik ben het Brood, Dat uit den hemel nedergedaald is.

42 En zij zeiden: Is deze niet Jezus, de Zoon van Jozef, Wiens vader en moeder wij kennen? Hoe zegt Deze dan: Ik ben uit den hemel nedergedaald?

43 Jezus antwoordde dan, en zeide tot hen: Murmureert niet onder elkander.

44 Niemand kan tot Mij komen, tenzij dat de Vader, Die Mij gezonden heeft, hem trekke; en Ik zal hem opwekken ten uitersten dage.

45 Er is geschreven in de profeten: En zij zullen allen van God geleerd zijn. Een iegelijk dan, die het van den Vader gehoord en geleerd heeft, die komt tot Mij.

46 Niet dat iemand den Vader gezien heeft, dan Die van God is; Deze heeft den Vader gezien.

47 Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die in Mij gelooft, heeft het eeuwige leven.

48 Ik ben het Brood des levens.

49 Uw vaders hebben het Manna gegeten in de woestijn, en zij zijn gestorven.

50 Dit is het Brood, dat uit den hemel nederdaalt, opdat de mens daarvan ete, en niet sterve.

51 Ik ben dat levende Brood, dat uit den hemel nedergedaald is; zo iemand van dit Brood eet, die zal in der eeuwigheid leven. En het Brood, dat Ik geven zal, is Mijn vlees, hetwelk Ik geven zal voor het leven der wereld.

52 De Joden dan streden onder elkander, zeggende: Hoe kan ons deze Zijn vlees te eten geven?

53 Jezus dan zeide tot hen: Voorwaar, voorwaar zeg Ik ulieden: Tenzij dat gij het vlees des Zoons des mensen eet, en Zijn bloed drinkt, zo hebt gij geen leven in uzelven.

54 Die Mijn vlees eet, en Mijn bloed drinkt, die heeft het eeuwige leven; en Ik zal hem opwekken ten uitersten dage.

55 Want Mijn vlees is waarlijk Spijs, en Mijn bloed is waarlijk Drank.

56 Die Mijn vlees eet, en Mijn bloed drinkt, die blijft in Mij, en Ik in hem.

57 Gelijkerwijs Mij de levende Vader gezonden heeft, en Ik leve door den Vader; alzo die Mij eet, dezelve zal leven door Mij.

58 Dit is het Brood, dat uit den hemel nedergedaald is; niet gelijk uw vaders het Manna gegeten hebben, en zijn gestorven. Die dit Brood eet, zal in der eeuwigheid leven.

59 Deze dingen zeide Hij in de synagoge, lerende te Kapernaum.

60 Velen dan van Zijn discipelen, dit horende, zeiden: Deze rede is hard; wie kan dezelve horen?

61 Jezus nu, wetende bij Zichzelven, dat Zijn discipelen daarover murmureerden, zeide tot hen: Ergert ulieden dit?

62 Wat zou het dan zijn, zo gij den Zoon des mensen zaagt opvaren, daar Hij te voren was?

63 De Geest is het, Die levend maakt; het vlees is niet nut. De woorden, die Ik tot u spreek, zijn geest en zijn leven.

64 Maar er zijn sommigen van ulieden, die niet geloven. Want Jezus wist van den beginne, wie zij waren, die niet geloofden, en wie hij was, die Hem verraden zou.

65 En Hij zeide: Daarom heb Ik u gezegd, dat niemand tot Mij komen kan, tenzij dat het hem gegeven zij van Mijn Vader.

66 Van toen af gingen velen Zijner discipelen terug, en wandelden niet meer met Hem.

67 Jezus dan zeide tot de twaalven: Wilt gijlieden ook niet weggaan?

68 Simon Petrus dan antwoordde Hem: Heere, tot Wien zullen wij heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens.

69 En wij hebben geloofd en bekend, dat Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods.

70 Jezus antwoordde hun: Heb Ik niet u twaalf uitverkoren? En een uit u is een duivel.

71 En Hij zeide dit van Judas, Simons zoon, Iskariot; want deze zou Hem verraden, zijnde een van de twaalven.

bewerkt door Plume
Link naar bericht
Deel via andere websites
Op 29-10-2019 om 14:35 zei sjako:
Op 29-10-2019 om 14:07 zei Thinkfree:

Je bedoeld vast (is) verboden. ?

Ja, dat bedoel ik, want dat is het nog steeds.

Gaan we nou weer beginnen over dat idee uit het stenen tijdperk dat de ziel van levende wezens in het bloed zit? Dat idee dat tegenwoordig nog steeds duizenen Jehova's par jaar het leven kost? Jammer. 
Ik vraag me altijd af hoe Jehova's dat doen als ze op hun tong bijten. Worden ze dan geen minister meer ? 

Link naar bericht
Deel via andere websites
2 uur geleden zei Dat beloof ik:

Gaan we nou weer beginnen over dat idee uit het stenen tijdperk dat de ziel van levende wezens in het bloed zit? Dat idee dat tegenwoordig nog steeds duizenen Jehova's par jaar het leven kost? Jammer. 
Ik vraag me altijd af hoe Jehova's dat doen als ze op hun tong bijten. Worden ze dan geen minister meer ? 

Is dat niet wat de Schrift zegt? Gen. 9:4 « Doch het vlees met zijn ziel, dat is zijn bloed, zult gij niet eten ». Hoe diverse groeperingen dat opvatten is hun zaak lijkt me.

Aristarkos

Link naar bericht
Deel via andere websites
Op 26-10-2019 om 08:13 zei Aristarkos:
Op 25-10-2019 om 20:25 zei Aranja:

Bedankt voor de uitleg, ik ken geen Hebreeuws maar had al zo een vermoeden dat ‘eeuwig’ meerdere betekenissen heeft. Want hoe zou men onder andere het volgende kunnen uitleggen:

De Bijbel toont een aantal vernietigings-scenario’s.

Nou, dat ligt eraan wat je onder vernietiging verstaat en wat de Schrift erover zegt.

Op 25-10-2019 om 20:25 zei Aranja:

Zacharia 13:8-9 zegt dat twee derden van het volk Israël vernietigd zal worden.

Openbaringen 8:6-13 zegt dat een derde van de mensheid vernietigd zal worden. 

Volgens 2Petrus 3:10-13 zal de aarde volledig vernietigd worden.

Zac. 13:8-9 praat inderdaad over het overblijfsel van Israël, God heeft altijd een overblijfsel van Israël bewaard, zie b.v. 1 Kon. 19:18 en Rom. 11:4. 2 Pet. 3 praat niet over de vernietiging der aarde trouwens, maar over de zuivering door vuur, zie b.v. 1 Cor. 3:15 « Zo iemands werk zal verbrand worden, die zal schade lijden; maar zelf zal hij behouden worden, doch alzo als door vuur ». Het vuur is niet wat wij nu onder vuur verstaan, want het kan behouden.

Op 25-10-2019 om 20:25 zei Aranja:

Dan hebben we nog Jesaja 34:1-4 en Openbaring 6:12-14 en ook de brief aan de Hebreeën leert het ons in Hebreeën 1:10-14 dat er een volledige vernietiging van de aarde komt en daarna zal God een nieuwe aarde en nieuwe hemelen scheppen.

Geen volledige vernietiging, Jesaja 34 zegt dat niet, grote veranderingen ja, maar geen vernietiging want het duizendjarige Rijk begint na de Dag des Heeren.

Op 25-10-2019 om 20:25 zei Aranja:

Maar ondermeer Prediker zegt: De aarde blijft eeuwig bestaan?

Prediker 1:4 - De ene generatie gaat en de andere generatie komt, maar de aarde blijft voor eeuwig staan. 

Ik las ooit de uitleg dat ‘eeuwig’ hier betekent ‘tot het einde der tijden’. Dus totdat God alles zal vernietigen.

Dát zou al veel verduidelijken wat sommige Bijbelverzen met ‘eeuwig’ bedoelen. Maar dan bedenk ik meteen de volgende vraag, zal de hel dan ook vernietigd worden?

Niet eeuwig als altijd voortdurend, maar gedurende de aionen of olamim, in Eph. 3:11 staat volgens het Grieks « Naar het voornemen der aionen (prothesis toon aioonoon), dat Hij gemaakt heeft in Christus Jezus onze Heere ».

Ook betekend « eeuwig » nooit het einde der tijden, God zal nooit alles vernietigen, dat staat nergens in de Schrift.

Dat ligt er maar aan wat je onder « hel » verstaat en waar dit woord in de Schrift voorkomt, niet in de vertaling maar in de Schrift. Het staat nergens.

Ter info, wellicht interessant:

Citaat

We vinden in de Griekse Schrift teksten die duidelijk spreken over ‘voor aionische tijden’ 2Tim 1:9, ‘tijdens eonische tijden verzwegen, maar nu’ Rom 16:25, ‘voor de eonen‘ 1Kor 2:7, ‘afsluiting van de eonen‘ Heb 9:26. Deze teksten maken duidelijk dat een eon weliswaar een (lange, onbepaalde) tijd is, maar een periode, dus met een begin en een einde. Ook dat het woord in het meervoud voorkomt, klinkt vreemd als het ‘eindeloze eeuwigheid’ zou betekenen, want wat betekent ‘eeuwigheden’ dan? Ook als je andere Griekse of Hebreeuwse teksten erbij legt, zie je dat het om perioden gaat.

Maar als we lezen over ‘eeuwige God’ Rom 16:26, dan moet dat toch eindeloos zijn? God heeft toch geen einde? We weten dat God de aionen heeft geschapen (Heb 1:2), dus Hij was er daarvoor al. Over het einde lezen we dat dan God ‘alles in allen’ zal zijn, dus na de aionen is God er nog steeds. God is dus inderdaad er altijd, zonder einde. Maar Hij is ook God tijdens de aionen, Hij is de God van de aionen, de aionische God. Dat God aionisch genoemd wordt is dus geen bewijs dat dit woord ‘eindeloze eeuwigheid’ betekent.

Wat zegt dit dus over de ‘eeuwige straf’? Als eeuwig niet eindeloos is, dan is die straf misschien ook wel niet eindeloos. En dan vallen ineens ook de teksten op hun plaats, die zeggen dat God de redder is van alle mensen, dat God zich met ieder mens wederzijds verzoend, en dat eens elke knie zich zal buigen en elke tong zal belijden dat Jezus Heer is 1Tim 4:10; Kol 1:20; Fil 2:9,10. Er komt een moment dat ook ongelovigen verzoend zullen worden met God en Hem zullen erkennen!

En wat zegt dit dan over het ‘eeuwige leven’? Houdt dat ook een keer op? Net zoals “eonische God” niet automatisch betekent dat God eindig is, zo hoeft ook het “eonische leven” niet gelijk op te houden. We lezen juist dat bij het einde de dood zal worden overwonnen, zodat iedereen leeft 1Kor 15:22-25. Dat betekent dus dat leven niet ophoudt na de eonen – dan is juist iedereen immers levend! “Eonisch leven” is de belofte van leven tijdens de eonen, tot het moment dat de dood overwonnen is!

Thijs Amersfoort

Bron: https://www.concordante-publicaties.nl/studie/hoe-lang-is-eeuwig/

Link naar bericht
Deel via andere websites

Join the conversation

You can post now and register later. If you have an account, sign in now to post with your account.

Gast
Antwoord op deze discussie...

×   Plakken als rijke tekst.   Opmaak herstellen

  Er zijn maximaal 75 emoticons toegestaan.

×   Je link is automatisch geïntegreerd.   In plaats daarvan als link tonen

×   Je voorgaande bijdrage is hersteld.   Tekstverwerker leegmaken

×   Je kunt afbeeldingen niet direct plakken. Upload of voeg afbeeldingen in vanaf URL.


×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid